BUITEN GEVELISOLATIE

Home / Werkzaamheden / Gevelisolatie

Gevelisolatie



Waarom gevelisolatie?

Gevelisolatie wordt niet alleen toegepast om energie te besparen. Hieronder de belangrijkste argumenten die opdrachtgevers hanteren om over te gaan tot de toepassing van gevelisolatie, in nieuwbouw en renovatie.


Zonder gevelisolatie                            Met de toepassing van gevelisolatie 









Verfraaiend
Gevelisolatie zorgt voor verfraaiing van de gevel. Veel woonwijken zijn inmiddels door de kleurrijke afwerking opgewaardeerd. De verkoopbaarheid / verhuurbaarheid van het vastgoed wordt daardoor verhoogd.


Isolatiemogelijkheden
De isolatiedikte is in principe onbegrensd. Dit in tegenstelling tot veel andere isolatiemethodes.


Bouwtechnisch beter
Gevelisolatie biedt ook technische verbeteringen. Thermische spanningen in de buitenmuur worden tegengegaan. Koudebruggen kunnen veelal eenvoudig worden voorkomen.

Comfortverhogend
Gevelisolatie verhoogt het leefcomfort in de woning. Een aantal voorbeelden van deze comfortverhogende eigenschappen:

Het warmteregulerend vermogen van muren
De bouwfysica toont aan, dat het aanbrengen van de isolatielaag aan de buitenzijde van een gevel, de beste manier van isoleren van gevels van (bewoonde) gebouwen is. De geïsoleerde buitenwand slaat overdag de warmte die in het gebouw geproduceerd wordt op; 's avonds en 's nachts, als er niet meer gestookt wordt, staat de wand deze opgeslagen warmte naar binnen af. Een gelijkmatige verwarming van de woning is het resultaat. Deze eigenschap staat bekend als het z.g. warmteregulerend vermogen van muren.

Het opheffen van 'valse tocht'
Lucht die door een ongeïsoleerde wand afkoelt, zakt naar beneden. Dit wordt ervaren als tocht. Dit verschijnsel wordt 'valse tocht' genoemd. Omdat een muur met gevelisolatie veel minder snel afkoelt zal 'valse tocht' niet optreden.

Het tegengaan van schimmelvorming
Op een koude ongeïsoleerde gevel kan condensatie optreden. Hierdoor kan schimmelvorming ontstaan. Een goed geïsoleerde muur blijft warm en voorkomt zo condensatie.

De genomen isolatiemaatregelen moeten zodanig zijn dat de woning geventileerd kan blijven.

Gevelisolatie zelf bestaat uit 4 belangrijke onderdelen:

  • bevestigingsmaterialen
  • isolatieplaten
  • wapeningslaag
  • afwerking


1. Bevestiging

Er zijn twee manieren waarop isolatieplaten op de ondergrond worden bevestigd:

1.1 Gelijmde systemen

De isolatieplaten worden met hechtmortel, veelal een mortel op cementbasis, op de ondergrond gelijmd. De dikte van deze laag is ca. 3-5 mm, mede afhankelijk van de vlakheid van de ondergrond. Systemen op basis van cellulair glas worden met een bitumineuze koude kleefstof aan de ondergrond bevestigd.

1.2 Mechanisch bevestigde systemen



Daar waar getwijfeld wordt aan de hechtkracht van de hechtmortel op de ondergrond wordt veelal een mechanisch systeem toegepast. Ook grote oneffenheden in de ondergrond of houtskeletbouw kunnen redenen zijn om een mechanisch bevestigd systeem toe te passen. In Duitsland wordt dit systeem veel toegepast i.v.m. wisselvallige ondergronden, in ons land sporadisch.

Bij een mechanisch bevestigd systeem worden op de ondergrond profielen bevestigd. De toe te passen isolatieplaten zijn voorzien van sleuven waardoor ze eenvoudig in de profielen kunnen worden geplaatst. Om eventuele werking van de platen tegen te gaan is het belangrijk de platen met hechtmortel of een extra plug te fixeren. Deze systemen zijn niet leverbaar met cellulair glasplaten. De wapeningslaag en afwerking wijken verder niet af van gelijmde systemen. Momenteel zijn er geen mechanisch bevestigde systemen met een KOMO-Attest.


2 Isolatielaag

De verschillen in isolatiewaarde van de toe te passen isolatieplaten zijn niet erg groot. De isolatieplaten zijn in een groot aantal verschillende dikten leverbaar, veelal met 10 mm oplopend.

De volgende isolatieplaten worden momenteel in geattesteerde systemen toegepast:

2.1 Polystyreen

De polystyreenplaat wordt het meest toegepast. Door zijn geringe gewicht is deze plaat eenvoudig te verwerken.

2.2 Steenwol

Steenwolplaten worden vaak gekozen uit brandtechnische overwegingen en omdat ze dampopen zijn. De vezelige randen van de platen sluiten bij een juiste montage goed tegen elkaar aan, zodat er bijna nooit open naden ontstaan. Steenwolplaten zijn duurder dan polystyreenplaten.

2.3 Isolerende mortels

Dit zijn mortels waarin polystyreenbolletjes zijn opgenomen. Deze mortels kunnen in meerdere arbeidsgangen tot grote diktes worden opgebracht. De mortels nemen daarbij de taak van de isolatielaag over. Vanwege het mindere isolerende vermogen is dan meestal niet de vereiste isolatiewaarde te bereiken.


3. De wapeningslaag

Op de isolatieplaat wordt de wapeningsmortel aangebracht waarin, in één bewerking, een wapeningsweefsel, vaak een glasweefsel voorzien van een alkalibestendige coating, wordt ingebed. Wapeningsweefsel en wapeningsmortel vormen de wapeningslaag. De dikte hiervan is, afhankelijk van het systeem, 3-8 mm. Bij dikke systemen horen ook dikkere wapeningslagen. De dikte neemt toe indien in de wapeningslaag twee lagen wapeningsweefsel, waarover later meer, worden toegepast. Indien het systeem gebaseerd op cellulair glas wordt afgewerkt met een mineraalgebonden pleister wordt een bitumineuze 'scheidingslaag' onder de wapeningslaag aangebracht.


4. Gepleisterde afwerklaag

De wapeningslaag wordt afgewerkt met één van de navolgende pleisters:

  • kunstharsgebonden pleisters
  • gesiliconiseerde kunstharsgebonden pleisters
  • silikaatgebonden pleisters
  • dunne mineraalgebonden pleisters
  • dikke mineraalgebonden pleisters (vnl. krabpleisters)

4.1 Dispersiegebonden pleister

De dunne dispersiegebonden pleisterlaag wordt in Nederland bij gevelisolatie het meest toegepast. Afhankelijk van de korrelgrootte en de wijze van de verwerking, kan een fijne tot zeer fijne structuur worden bereikt.

4.2 Silikaatgebonden pleister

Een traditionele pleister die in ons land zeer weinig wordt toegepast.

4.3 Mineraalgebonden pleister

Mineraalgebonden pleisters zijn uit natuurlijke grondstoffen opgebouwd. Er zijn twee belangrijke mineraalgebonden pleisters:

  • de dunne mineraalgebonden pleister wordt in ons land weinig toegepast en heeft een veelal fijne tot zeer fijne structuur;
  • de dikke mineraalgebonden pleister wordt dik opgezet. Van de krabpleister wordt na een beperkte uithardingstijd de huid opengekrabd met een krabborstel. Hierdoor ontstaat een fraai ogende dikke pleisterlaag. De krabpleister is de in ons land veruit de meest toegepaste mineraalgebonden pleister. Daarnaast zijn er nog glad af te werken dikke pleisters mogelijk.